Christelijk onderwijs = inclusiever onderwijs

Leestijd: 5 minuten
Geschreven door: Neely Anne de Ronde-Davidse & Klaas Koelewijn

Hoe mooi is het als we ervoor kunnen zorgen dat op jonge leeftijd kinderen niet naar speciale scholen gaan, maar binnen het regulier onderwijs naar school kunnen? Juist ook binnen het christelijk onderwijs? In dit artikel beschrijven Neely Anne de Ronde (lector inclusieve klassen Driestar educatief) en Klaas Koelewijn (directeur Samenwerkingsverband Passend Onderwijs De Kempen en projectleider Expertisecentrum Onderwijs & Identiteit) hoe we kunnen werken aan deze mooie, maar ook ingewikkelde opgave.

In het Nederlands Dagblad van 28 januari 2021 hielden Henk-Willem Laan en Tim Vreugdenhil een krachtig pleidooi voor christelijk inclusief onderwijs. Ze legden de vinger op de zere plek: mensen met een beperking zijn een van de meest eenzamen van onze samenleving. Hoe mooi is het als we ervoor kunnen zorgen dat op jonge leeftijd kinderen niet naar speciale scholen gaan, maar binnen het regulier onderwijs naar school kunnen? Alle kinderen leren op die manier samen te leven, samen te werken, samen te spelen, en dat voorkomt dat kinderen zich sociaal geïsoleerd voelen. Het draagt uit dat je als christelijke school herbergzaam wilt zijn. Je kijkt niet weg zoals de priester en de Leviet, maar bent net als de barmhartige Samaritaan oplettend. Je ziet de noden van je medemens en bent bereid te helpen en zorg te dragen voor naasten die dat nodig hebben. Dat is op en top inclusief.

Het draagt uit dat je als christelijke school herbergzaam wilt zijn.

Dat het bieden van meer thuisnabij onderwijs geen makkelijke opgave is, beseffen we heel goed. Toch zien we veel ontwikkelingen richting inclusiever onderwijs. Samenwerkingsverbanden, scholen en ook lerarenopleidingen zijn volop bezig hun steentje bij te dragen. De overheid zet er ook op in en het platform Naar Inclusiever Onderwijs biedt veel mooie voorbeelden van hoe je inclusiever onderwijs in praktijk kunt brengen.

Lees hier meer over onze evaluatie van passend onderwijs

De slogan van passend onderwijs is: ‘regulier waar het kan, speciaal waar het moet’. Samenwerkingsverbanden hebben de opdracht om in hun regio voor een dekkend aanbod te zorgen, zodat binnen hun regio iedere leerling die zich aanmeldt naar school kan. De kosten voor leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften zijn hierdoor anders verdeeld dan voor de invoering van de Wet Passend Onderwijs (WPO) en scholen hebben meer zeggenschap over de invulling van de ondersteuning. Die systeemverandering is wat ons betreft geslaagd. Wat het lastig maakt, is dat vanwege het open karakter van de in 2014 ingevoerde WPO, de visie achter passend onderwijs niet concreet was. Er was ruimte voor elk samenwerkingsverband om met de aangesloten schoolbesturen een eigen pad te kiezen. Dat was vooral een bestuurlijke klus, voor veel leraren bleef passend onderwijs daardoor een ver-van-hun-bed-show. Het is helaas nog steeds niet altijd voldoende duidelijk wat er van leraren verwacht wordt. De onderwijssector heeft ook nog steeds last van beeldvorming over klassen vol met leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Nuanceringen en feitelijke informatie uit bijvoorbeeld de evaluatierapporten passend onderwijs bereiken veel leraren niet. Logisch ook, ze hebben hun handen vol aan het dagelijks reilen en zeilen. Er ligt hier echt een taak voor bestuurders en schoolleiders om leraren hierin verder mee te nemen. We merken dat dit steeds meer gebeurt vanuit een dieperliggend ideaal van sociale inclusie.

Hoe kun je werken aan inclusiever onderwijs?

De overheid wil verder met passend onderwijs. Er is een plan gepresenteerd met 25 verbeterpunten en er volgt een routekaart om de komende 15 jaar te werken aan het realiseren van inclusiever onderwijs. Daar zijn we blij mee. Daarmee wordt erkend dat inclusiever onderwijs een proces is. Een beweging naar steeds meer thuisnabij onderwijs voor kinderen waar het voor kan en onderwijs iets verder uit de buurt waar het voor moet. Dit doet een appèl op schoolbesturen, schoolleiders, intern begeleiders, leerkrachten, ouders én lerarenopleidingen. Uit onderzoek is bekend dat je meters kan gaan maken als je tot een gezamenlijke visie komt. Vanuit die visie kun je gerichte keuzes maken ten aanzien van bijvoorbeeld veranderingen op klassenniveau, op leerkrachtondersteuning, op ouderbetrokkenheid en bijvoorbeeld op samenwerking met gemeenten, jeugdzorg en de ketenpartners betrokken bij voorschoolse educatie. Samenwerking vanuit het geloof dat inclusiever onderwijs iets moois is om na te streven, met als basis: onderling vertrouwen en een reflectieve cultuur! Dit kan bijvoorbeeld gerealiseerd worden door per regio periodiek mensen die professioneel betrokken zijn op het onderwijs (PO en VO) samen te laten komen in leernetwerken, waarin specifieke thema’s besproken worden aan de hand van eigen voorbeelden.

Praktijkvoorbeeld

Ter inspiratie delen we graag een praktijkvoorbeeld. Het betreft een leerling uit de middenbouw met een neurologische beperking. De leerling had al een TLV toelaatbaarheidsverklaringgekregen voor het SBOspeciaal basisonderwijs, maar kon daar tijdens het lopende schooljaar nog niet terecht. Het afgegeven arrangement werd daarom verlengd en dat pakte positief uit. De school gaf na verloop van tijd aan minder handelingsverlegen te zijn en het welbevinden van de leerling verbeterde dusdanig dat er uiteindelijk is afgezien van plaatsing in het SBO. Kenmerkend voor deze casus waren de duidelijke en doelgerichte adviezen zoals: praktische tips voor rekenen (één strategie aanbieden), kindgesprekken benutten, functionele complimenten geven, meer sturen om samenwerking met andere leerlingen te bevorderen en vaste rustmomenten in overleg met de leerling inbouwen. Juist de samenwerking tussen school, de leerling, de ouders en de overige betrokkenen (zoals AB ambulante begeleidingen RTremedial teaching, ondersteuningsteam) vanuit een oplossingsgerichte benadering heeft er hier voor gezorgd dat deze leerling thuisnabij onderwijs kon blijven krijgen.

Veel hangt af van de bereidheid om oplossingsgericht en handelingsgericht te werken.

Een voorzichtige eerste indruk op basis van andere praktijkvoorbeelden is dat veel afhangt van de bereidheid om oplossingsgericht en handelingsgericht te werken, waarbij er van de leraar dus wel het nodige wordt gevraagd. Als de adviezen echter dusdanig concreet zijn, zie je ook dat leraren succeservaringen opdoen. Zowel leraren als leerlingen bloeien dan op, dankzij de juiste ondersteuning die dan is geboden. Ook het benutten van kindgesprekken zien we vaker terug. Veel leerlingen kunnen zelf heel goed verwoorden wat ze nodig hebben, daarnaar echt luisteren is een kunst en kost tijd, maar levert vaak wel veel waardevolle informatie op. Niet zo gek dat een van de punten van Arie Slob, het hoorrecht betreft.

Waar het om gaat

Overeind blijft staan dat op dit moment sommige leerlingen in het speciaal onderwijs meer tot ontwikkeling komen dan in het regulier onderwijs. Veel factoren spelen een rol, maar een interessante hoofdvraag is: “wat lukt in het speciaal onderwijs wel en wat kunnen we daarvan benutten in het regulier onderwijs?” Niet meer doorverwijzen is wat ons betreft geen doel op zich, het kan wel een uitkomst zijn van werken aan inclusiever onderwijs. Dat vraagt vanuit deze gestelde hoofdvraag om met gebundelde kracht het speciaal en regulier onderwijs steeds dichter bij elkaar brengen.

Hoe doe je dat? Lees er hier meer over.

Een stap kan bijvoorbeeld zijn vaker speciale voorzieningen te realiseren in hetzelfde gebouw als een reguliere school of dat een jeugdhulp professional een vast dagdeel op een reguliere school aanwezig is om direct en flexibel te kunnen doen wat nodig is. Niet op basis van individuele indicaties, maar via open financiering aan de voorkant. Er bestaan ook al initiatieven waarbij kinderen een deel van de week speciaal onderwijs volgen en een deel van de week naar een reguliere school gaan. Een andere denkbare vorm is samen met het speciaal onderwijs vaker er naartoe werken dat we kinderen terug kunnen terugplaatsen in het regulier onderwijs. De afgifte van een toelaatbaarheidsverklaring zou bijvoorbeeld gepaard kunnen gaan met een terugkeerperspectief. Op die manier blijft de verwijzende school actief bij betrokken en zorg je ervoor dat expertise vanuit het speciaal onderwijs gedeeld daadwerkelijk terecht komt op regulier scholen.

Kortom, zorg in ieder geval dat méér kinderen elkaar ontmoeten, en wees ook realistisch, een speciale voorziening kan voor sommige kinderen écht uitkomst bieden. Inclusief onderwijs is wat ons betreft geen doel op zich, maar een ideaal waar je naar toe kunt werken. De term inclusiever onderwijs is in dat kader wat ons betreft meer passend. Mooi als christelijke scholen vanuit herbergzaamheid de komende vijftien jaar hieraan werken, zodat steeds minder kwetsbare leerlingen in eenzaamheid opgroeien.

Photo by Nathan Dumlao (https://unsplash.com/@nate_dumlao?utm_source=identiteitsplein&utm_medium=referral) on Unsplash(https://unsplash.com)

Artikel delen

Meer artikelen

Als het spannend wordt...

Hoe om te gaan met pesten, gender issues, diversiteit, rouw? Laat je inspireren door Hans Bakker en Ronald de Graaf.

Leraren kunnen bloeien

Wat heb je nodig om een goede christelijke leraar te zijn en blijven? Hoe kom jíj tot bloei? Laat je inspireren door Bert Roebben & Bram de Muynck.