Geloof en curriculum

Leestijd: 10 minuten
Geschreven door: Berber Vreugdenhil

Het lijkt duidelijk: je staat voor de klas om kinderen te leren hoe ze zich Duits, spelling, biologie of rekenen eigen moeten maken. Maar wacht, je bent ook christen. En dat heeft betrekking op je hele leven. Dus ook op de manier waarop je Duits, biologie of wiskunde geeft.

Eens? Hoe verbind je dan je christelijke identiteit met de inhoud van je lessen?

Oefenen

In dit artikel reflecteren we op de vraag hoe je jouw identiteit terug kunt laten komen in de lessen die je geeft. Daarnaast vind je op verschillende plekken links naar concrete lesprogramma's die daarbij helpen.

Maar eerst: wil je ergens beter in worden, dan zul je moeten oefenen. ‘Wat je aandacht geeft, groeit’, zegt de bekende leus terecht. We kunnen scholen zien als ‘liturgische plaatsen’, waar jonge mensen via rituelen, verbeeldingen van het goede en betekenisvolle symbolen zich leren verbinden met de werkelijkheid. Dat geldt voor iedere school.

Christelijke scholen hebben in het bijzonder de roeping een alternatieve liturgie in de samenleving te vormen waar christelijke deugden verlangd, verbeeld en geleefd worden. Dat vraagt oefening. Christelijke scholen zijn oefenplaatsen van Gods koninkrijk.

Waarde(n)vol

Die deugden kunnen ook nadrukkelijk terugkomen in de bronnen bij bronnen van waarde kan je denken aan de Bijbel, het geloof, inspirerende teksten, kunst, muziek en Jezus Christus als voorbeeld.waarmee je leerlingen in aanraking brengt, de opdrachten die je ze geeft, de inhouden die je ze aanreikt en waar jijzelf en de leerling betekenis aan geven. Je hebt als leerkracht (en als ouder) de taak jongeren met waarde(n)volle beelden in aanraking te brengen. Het is mooi als je christelijke levens- en wereldbeschouwing betekenis heeft voor het verhaal dat je leerlingen meegeeft.

Ontvangen

Juist in christelijk onderwijs mag en moet er ook ruimte zijn voor het ontvangen van een A/ander, dus naast vormen van actief zelfstandig leren ook voor vormen van receptiviteit. Om te leren moet het brein actief zijn, maar leren kan ook plaatsvinden in situaties van ogenschijnlijke passiviteit. Dit wordt ook wel observerend lerenZie hiervoor bijvoorbeeld ook Hattie, J.A.C., & G.C.R. Yates (2015). Leren zichtbaar maken met de kennis over hoe wij leren. (Nederlandse vertaling van Visible learning and the Science of How We Learn). Rotterdam: Bazalt. genoemd.

Leg je eigen accenten

Natuurlijk zijn de kerndoelen van de overheid richtinggevend voor het onderwijs dat je aanbiedt. Maar daarbinnen is veel ruimte om dit op eigen manieren en met eigen accenten in te vullen. Heel veel daarvan gebeurt ‘spontaan’; je bent immers zelf als leerkracht identiteitsdrager, je neemt jezelf en je eigen beelden mee als je onderwijs verzorgt. Of zoals het in dit lezenswaardige boek De Muynck, B., Vermeulen, H. & Kunz, B. (2017). Essenties van christelijk leraarschap. Een kleine onderwijspedagogiek. Gouda: Driestar educatief (p.35).beschreven wordt:

‘Als leraar leer je een kind naar het landschap te kijken, zoals een gids de pelgrims op de omgeving wijst’.

Er gebeurt al zoveel moois en vormends op dit gebied, ‘zomaar’! Toch is er ook behoefte om dit meer gericht en gemeenschappelijk te doordenken en aan te pakken. Dat bleek ook uit het onderzoek dat vanuit het IASM-project in 2015 is gedaan. Dit kan (en gebeurt ook al) allereerst natuurlijk op de scholen zelf, op schoolniveau. Voor een bredere aanpak en het leren van elkaar zijn diverse verenigingen en netwerken beschikbaar.

Teaching for Transformation

Cedars Christian School uit Prince George (Brits Columbia, Canada) had ook het verlangen een Bijbels perspectief meer te integreren in hun onderwijs. Daartoe gebruiken zij een onderwijsmodel genaamd “Teaching for Transformation”, waarin zogenaamde “Throughlines” centraal staan. Dit betreffen thema’s met een doorgaande lijn die zowel een denkwijze als een zijnswijze verbeelden. Het zijn er tien:

  1. God-Worshipper (God-aanbidder)
  2. Creation-Enjoyer (Scheppings-genieter)
  3. Earth-Keeper (Aarde-bewaker)
  4. Order-Discoverer (Orde-ontdekker)
  5. Community-Builder (Gemeenschaps-bouwer)
  6. Image-Reflector (Beeld-drager)
  7. Idolatry-Discerner (Afgod-onderscheider)
  8. Servant-Worker (Shalom-brenger of Dienaar)
  9. Justice-Seeker (Recht-zoeker)
  10. Beauty-Creator (Schoonheid-maker)

Lees er vooral meer over op hun eigen website. Misschien helpt het je om ook zelf deze doorgaande lijnen meer en meer een plek te geven in je onderwijs.

Voorbeelden

Op de website van het netwerk I&K staan concrete voorbeelden van het verbinden van bijvoorbeeld het thema “Earth keeper” met de lesstof. Denk aan:

  • Een les voor vmbo-4 waarbij leerlingen aan de slag gaan met een met het thema duurzaamheid bij een project “Duurzaam bouwen”.

Rond het thema “Servant-worker”:

  • Een les Nederlands waarbij leerlingen uit de brugklas samen met mensen uit een verzorgingstehuis een levensboek maken.

En een voorbeeld rond het thema “Justice-seeker”:

Het 'verborgen curriculum'

Realiseer je ook dat sommige boodschappen in bronnen heel impliciet kunnen zijn. Dit zijn aspecten van het zogenoemde ‘verborgen curriculum’ van de school. Een christelijk denker die op dit terrein veel heeft onderzocht en beschrevenEnkele van zijn boeken: Smith, D.I. & Smith, J.K.A. (2011). Teaching and Christian Practices. Reshaping Faith and Learning. Wm. B. Eerdmans; Smith, D.I., & Felch, S.M. (2015). Teaching and Christian Imagination. Wm. B. Eerdmans. is David Smith, hoogleraar aan Calvin College. Een methode is van betekenis voor de identiteit van je les. En hoe je zelf omgaat met die methode, de opdrachten die je geeft, de volgorde waarin je materiaal aanbiedt, het brengt allemaal iets teweeg bij leerlingen. Zowel de inhoud als de didactiek van de methode (en jouw keuzes daarin) hebben impact.

Smith geeft veel voorbeelden hiervan. Stel dat je in je godsdienstonderwijs bepaalde begrippen toetst door gebruik te maken van meerkeuzevragen. Impliciet suggereer je daarmee dat het niet zozeer belangrijk is om deze begrippen te begrijpen, laat staan om ze te kunnen toepassen. Daardoor kan je, zonder dat je het doorhebt, het doel missen. Je wilt immers niet alleen dat leerlingen dergelijke begrippen kunnen reproduceren, maar ook dat leerstof (zeker als het over waardevolle, existentiële dingen gaat) het hart raakt.

Een ander voorbeeld waar Smith op wijst is het woordjes leren bij de talen. Vaak zijn deze woorden ten eerste ‘ik-gericht’ (hoe kom ik bij de disco? waar kan ik geld pinnen?) Ten tweede presenteren ze impliciet een hedonistische visie; je leert met de woordjes in eerste instantie je plek te vinden in de disco, de supermarkt, op het strand, in het restaurant. Allerlei ‘luxe’ en uiterlijke dingen. Waarom geen woordjes over hoe je een gehandicapte uit een bus kan helpen? Kortom: Practice what you preach.

Voorbeelden

Op de website van het netwerk I&K staan concrete voorbeelden die iets laten zien van de practice what you preach-benadering. Twee voorbeelden:

  • Een vakoverstijgend project Frans en geschiedenis waar leerlingen bij de lessen Geschiedenis en Frans nadenken over vluchtelingen en vervolgde christenen. Bij Frans schrijven ze een briefje naar vervolgde christenen in Franstalige gebieden van de wereld.
  • Een vakoverstijgend project Aardrijkskunde waar eersteklassers niet alleen nadenken over afval maar ook daadwerkelijk op straat afval gaan opruimen.

Geloof en curriculum….het kan een hele zoektocht zijn. Bij sommige thema’s, leerlijnen en vakken is de verbinding gemakkelijk te maken en liggen bronnen van waarde voor het oprapen. Op andere momenten lijkt je identiteit minder een stempel te zetten en meer op de achtergrond te blijven. Want, zeg nou zelf, 1 + 1 is toch gewoon 2, of je nu christen bent of niet? Laat je hier verder inspireren voor PO dan wel VO en deel jouw ideeën en ervaringen!

Inspiratie voor in het basisonderwijs

Vier het leven met God

Vieren vormt. Ritmes van jaar-, maand-, week- en/of dagopeningen en -sluitingen helpen jezelf als leerkracht en de leerling om te oefenen in afhankelijkheid van, toevertrouwen aan en dankbaarheid richting de Here God, voor wie Hij is en wat Hij geeft. Blijf met elkaar de Bijbel openen, verhalen vertellen en verbeelden, met elkaar zingen en bidden.

Pak er een methode bij

Er is een groot aanbod aan methoden die gebruikt kunnen worden met het oog op de sociaal-emotionele, seksuele en geloofsvorming van kinderen. Soms hebben deze een expliciet christelijk karakter, bijvoorbeeld de methoden Wonderlijk Gemaakt, Levend Water of Startpunt. Soms is dat niet het geval, maar sluit een methode goed aan bij je eigen waarden, idealen en uitgangspunten. Zo gebruiken ook veel christelijke scholen de Kanjertraining of bijvoorbeeld Goed Gedaan. Er zijn ook websites beschikbaar met mooi materiaal, zoals Creatief Kinderwerk, Jong Protestant, Eerst Dit voor Kids of De Bijbel om je oren!

Gouden momenten doen zich, zo horen we steeds weer, ook vooral voor tijdens gesprekken met leerlingen ‘zomaar tussendoor’ of naar aanleiding van voorvallen in de klas.

Let op de bruggetjes

Soms is de link tussen je lesinhoud en je geloof redelijk snel te maken en gebeurt dit vrijwel vanzelf. Als je bijvoorbeeld met leerlingen in het basisonderwijs werkt over het thema ‘voedsel’ of ‘de supermarkt’, dan zal het vaak voorkomen dat je als leerkracht verwonderend spreekt over Gods schepping en onderhouding daarvan en de dankbaarheid waarmee wij daarvan mogen leven. Ook kan dan bijvoorbeeld aan de orde komen welke verkeerde keuzes mensen hierin helaas vaak maken, zodat de schepping zucht onder de gevolgen van de zonde. En welke verantwoordelijkheid we hebben om voor mensen met honger te zorgen en op een duurzame manier met die schepping om te gaan.

Inspiratie voor in het voorgezet onderwijs

Hoe doe je dat: christelijke wiskunde geven? Nou, of wiskunde christelijk is, blijft de vraag. Maar dat je de wiskunde kunt gebruiken om iets van God te laten zien in je lessen wordt wel duidelijk zodra je bij Ab van der Roest, docent wiskunde van het Ichthus College Veenendaal in het lokaal zit.

Van der Roest is ervan overtuigd dat een vergelijkbare aanpak ook mogelijk is bij andere vakken en andere klassen. Input nodig? Laat je vooral ook inspireren door wat er allemaal ontwikkeld is en steeds weer wordt door het Netwerk Identiteit en Kwaliteit.

Ook op de pagina Weetwatjegelooft.nl kan je informatie en inspiratie vinden voor je lessen. Bijvoorbeeld een cursus over Evolutie en geloof, wellicht interessant om te gebruiken in of voor je biologielessen. Voor lessen Nederlands, filosofie, godsdienst of kunst is daar bijvoorbeeld een video van de lezing van Christian Wiman over zijn boek 'Mijn heldere afgrond' en over poëzie te vinden.

Het vak Godsdienst of Levensbeschouwing

Het vak Godsdienst of Levensbeschouwing biedt natuurlijk volop mogelijkheden Voor voorbeelden: laat je inspireren op de I&K-website via https://www.ienknetwerk.nl/V2X/categorie-mens-en-maatschappij/om het samen leven in Gods koninkrijk met elkaar te verkennen, ontdekken en oefenen. De godsdienstles zou in het teken moeten staan van de zelfstandigwording van de leerling die zich als (hele!) persoon ontwikkelt op een christelijke school. Het ‘binnenste binnen’ van de leerling, daar gaat het om.

Ook geloofsvorming vindt plaats in relaties, dus bied ook in je godsdienstonderwijs alle ruimte voor relaties en ontmoetingen tussen de leerling en jou als docent, leerlingen onderling, de leerling ‘met zichzelf’ en de ontmoeting met God. En houd daarbij altijd het ideaal voor ogen: vorming tot shalom. Dat leerlingen zich bewust worden van hun waarde (in Christus), zich verbonden weten, in relatie met zichzelf, de naaste en God, en tot hun bestemming komen door te antwoorden, liefde uit te delen.

De vereniging voor docenten Levensbeschouwing en Godsdienst stimuleert vakontwikkeling op dit terrein. Op een vergelijkbare wijze als curriculum.nu werkt een expertisecentrum Het Expertisecentrum Levensbeschouwing en Religie in het Voortgezet Onderwijs heeft als doel een gedeelde basis voor het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing. Sterke wens hierbinnen is om het (persoons)vormende aspect en het kennisaspect van het vak in een vruchtbare samenhang met elkaar te brengen. Dat leerlingen vaardigheden en kennis ontwikkelen om als (volwassen) persoon levensbeschouwelijk in de wereld te ‘zijn’ tussen mensen met andere levensbeschouwingen. Dat vraagt vakvaardigheden op het gebied van leren levensbeschouwelijk zingeven, verhouden en kennis verwerven en kennis op de domeinen levensbeschouwelijke kernconcepten, levensbeschouwelijke stromingen, levensvragen, de christelijke en humanistische wortels van de Nederlandse cultuur en historische, sociale en psychologische perspectieven. Er ligt een voorstel voor een kerncurriculum, met het karakter van een rationale, dat met behulp van opleiders en het Expertisecentrum verder zal worden aangescherpt en uitgewerkt. Lees meer hierover in Narthex, tijdschrift voor levensbeschouwing en educatie, jaargang 18, nr.4. Zie ook http://vdlginfo.nl/activiteiten/kerncurriculumgl/aan een basiscurriculum levensbeschouwing voor het voortgezet onderwijs. De vier gereformeerde scholen voor VO zijn met elkaar verenigd in GRIP en delen daar ook expertise met elkaar. Het verdient zeker aanbeveling om vanuit de praktijken waar iedere docent mee te maken heeft, te participeren in dergelijke netwerken, online of op andere manieren.

Op Weetwatjegelooft.nl vind je diverse lessen en cursussen op het terrein van apologetiek en een cursus met het thema dogmatiek voor iedereen.

Speciale momenten

Tijdens mentorlessen of op andere passende momenten kan je er voor kiezen specifieke thema’s aan de orde te stellen door middel van workshops of preventielessen. Bijvoorbeeld over alcohol, drugs en sexting, seksualiteit. Stichting Chris en Voorkom organiseren bijvoorbeeld LEV-trainingen. Deze zijn gericht op het vormen van een eigen overtuiging, het ontwikkelen van een gezond beeld van zichzelf en de ander (vergroten van zelfvertrouwen en respect), op het werken aan een goede motivatie (vergroten van zelfredzaamheid) en het ontdekken van succesvolle vaardigheden. Hierdoor leren leerlingen op een goede en zorgvuldige manier met zichzelf en met anderen omgaan in elke relatie.

Ook momenten aan het begin van de dag, van de week, maand en/of jaar zijn belangrijke markeringsmomenten vanuit je christelijke identiteit. Vieringen en dagopeningen Een mooi voorbeeld van een dagopening (in het Engels), die aansprekend, interactief en waardevol is: https://www.ienknetwerk.nl/V2X/download/lesidee-blessings/als belangrijke rituelen in de oefenplaats van Gods koninkrijk.

Artikel delen

Meer artikelen

Als het spannend wordt...

Hoe om te gaan met pesten, gender issues, diversiteit, rouw? Laat je inspireren door Hans Bakker en Ronald de Graaf.

Leraren kunnen bloeien

Wat heb je nodig om een goede christelijke leraar te zijn en blijven? Hoe kom jíj tot bloei? Laat je inspireren door Bert Roebben & Bram de Muynck.