Leren leven met het kwaad

Leestijd: 7 minuten
Geschreven door: Wolter Huttinga

Op verzoek van christelijke scholen deden Tirza van Laar en Wolter Huttinga onderzoek naar de rol van zonde, kwaad en gebrokenheid in het onderwijs. Het leven bestaat niet altijd uit een rooskleurige, positieve ontwikkeling van gaven en talenten, zoals ook christelijke scholen het echter vaak wel doen voorkomen. Er is behoefte om de schaduwkant van het leven pedagogisch en theologisch serieus te nemen.

In hun pas gepubliceerde boekje Leren leven met het kwaad proberen van Laar en Huttinga hieraan tegemoet te komen. Vrijdagmiddag 18 november 2022 kwam een groep betrokken en geïnteresseerde mensen bijeen aan de Theologische Universiteit Kampen | Utrecht om samen verder na te denken over deze thematiek. Hier volgt een korte weergave van de lezingen en het gesprek.

Tirza van Laar

Dat er in onderwijsvisies een blinde vlek voor de realiteit van het kwaad is, staat niet op zichzelf. Verlegenheid met dit thema is cultureel breed aan de orde, zo constateerden Huttinga en zijzelf in hun boekje. Maar is het kwaad niet terug van weggeweest? Poetin als de kwade genius in een Europese oorlog, een regering die volgens sommigen uit evil reptiles bestaat, Esther van Fenema die in een boek een achtste hoofdzonde aan de klassieke zeven wil toevoegen: leegte.

Wat opvalt is de doorgaande neiging om het kwaad altijd buiten jezelf te zoeken. Jijzelf bent niet het probleem. Het is de ander die fout zit, immoreel en slecht is. De uitdaging om bij zonde ook ‘ik’ te zeggen is groter dan ooit.

Wat heeft zonde toch eigenlijk een belangrijke notie van solidariteit in zich. We kunnen elkaar herkennen en de hand schudden in het zondaar zijn. Maar wat een ingewikkelde opdracht voor christelijke scholen. In een wereld die zegt dat je jezelf moet ontplooien, jezelf moet laten zien, in je kracht moet gaan staan en het beste uit jezelf te halen. Hoe leef je dan de zin: ‘Niet mijn wil, maar uw wil geschiede’?

De uitdaging om bij zonde ook 'ik' te zeggen is groter dan ooit.

Beatrice de Graaf

Je kunt inderdaad zeggen dat het kwaad in het publieke domein terug is van weggeweest. In al z’n grove, harde, ongenuanceerde gestalte krijgen jongeren er hoe dan ook mee te maken. Er ontstaat een groeiende kloof tussen een beschaafde, genuanceerde wereld en een botte, eerlijke en rauwe werkelijkheid die veelal online beleefd wordt. Het zijn daarin vooral hyperbolen die scoren. Wat verdwijnt is de nuance.

De Graaf vertelt over interdisciplinair onderzoek waar zij bij betrokken is naar de lange schaduw van ‘disruptieve momenten’ in het leven van kinderen. Denk bijvoorbeeld aan het meemaken van terreurdaden. Er blijken verschillende coping-mechanismes te zijn om met de ervaring van kwaad om te gaan. Je kunt het versimpelen door het in de vorm van een spelletje te stoppen: ‘gamification’. Je kunt het ook negeren, door met je hoofd zo veel mogelijk in tiktok of andere social media te duiken. In de derde plaats zien onderzoekers dat disruptief kwaad verbindt, het versterkt het eigen groepsgevoel. Het meest voorkomende mechanisme is echter ‘othering’: ‘het kwaad, dat zijn de anderen’.

Pedagogisch wijst de Graaf op het belang van de ruimte om vanuit meerdere perspectieven ervaringen en emoties rond het kwaad te bespreken. Maar er moet ook begrensd worden. Theologisch benadrukt ze dat we het kwaad eerlijk in de ogen kunnen kijken omdat er een horizon van hoop is. Het kwaad heeft niet het laatste woord.

Historisch helpt het kinderen om gebeurtenissen op een tijdlijn te plaatsen. Je kunt inzichtelijk maken dat bijvoorbeeld terroristisch geweld in golven komt, maar ook altijd weer gaat. Het kwaad heeft een beperkte plek in de tijd.

Tegenover de tendens van relativisme, waarin alle meningen gelijkwaardig zijn, bepleit de Graaf dat de democratische rechtsorde niet vrijblijvend is en dat niet alles maar gezegd en gedaan kan worden. Goed en fout bestaat wel degelijk.

Voor het bespreekbaar maken van terrorisme, politiek geweld en disruptieve momenten kunnen scholen gebruik maken van ter-info.nl.

Pieter Vos

Vos benadrukt zijn instemming met de lijn die in het boekje van Huttinga en Van Laar geschetst wordt. Tegelijk wil hij deze middag een lans breken voor de rol die oefening in deugden en karaktervorming op school kan hebben.

Botst dat niet met het idee om de realiteit van het kwaad serieus te nemen? Vos denkt van niet.

De kritiek op deugdethiek denkt vaak dat deugden een eenzijdig optimistisch mensbeeld veronderstellen. En zo wordt het ook wel eens voorgesteld. Aristoteles stelde het zo voor, dat de mens van nature op bloei is aangelegd. Voorwaarde is dat er goede opvoeders zijn en dat de rede van de opvoedeling tot ontwikkeling komt. Als dit faalt is er puur een tekort op het niveau van kennis en inzicht geweest.

De christelijke traditie brak met dit eenzijdige perspectief. Augustinus benadrukte dat het menselijke probleem niet in gebrekkige kennis ligt, maar in een verkeerd gerichte wil, in aansluiting bij de apostel Paulus in de Romeinenbrief. De rol van oefening in de deugden en de gerichtheid op bloei en geluk werd echter door de hoofdstroom van het christendom altijd omarmd en bevestigd.

Vos pleit voor een genuanceerde deugdethiek, die de realiteit van het kwaad erkent. Mensen zijn noodzakelijk mixed characters. Iemand kan toegewijd zijn aan belangrijk werk, maar zijn of haar gezin of relatie verwaarlozen. Augustinus riep ons op om te groeien in liefde voor wat je behoort lief te hebben. Dat betekent dat iedereen daar altijd in kan groeien. Niemand is perfect. Dat hoeft niet en dat kan niet.

Gesprek

In het gesprek met de zaal werd zowel de noodzaak als de ingewikkeldheid van het thema voortdurend gevoeld. ‘Zonde, kwaad en gebrokenheid’ is niet een thema om eens unverfrohren op tafel te leggen, bijvoorbeeld in gesprek met schoolbestuurders. En hangt er niet het risico aan dat het ‘wij zijn allen zondaars’ verlammend werkt, en mensen hun verantwoordelijkheid ontneemt?

Tegelijk herkende men de noodzaak om eerlijke verhalen over het leven te delen op en over school. Zowel sprekers als de zaal getuigden van de noodzaak van en/en-zeggenOok wel 'met twee woorden spreken' over onszelf en de werkelijkheid genoemd. Verwezen werd naar het mensbeeld van Luther: de mens als zondaar én gerechtvaardigde, aanvaard door God. En zoals 'vertaald' door Tim Keller: je bent zondiger dan je zelf wil toegeven en tegelijk meer bemind door God dan je ooit had durven dromen. Op die manier erover spreken biedt perspectief.. Zonde, kwaad en gebrokenheid zijn deel van ons verhaal, maar niet alles wat er over ons als mens te zeggen valt.

Er werd verschillend gedacht over de bejegening van kinderen. De attitude van ‘je kunt het!’ en ‘je bent een topper’ werd herkend als schadelijk eenzijdig. Anderzijds vroeg iemand zich af of je een kind wel moet ‘aanpraten’ dat het een zondaar is. Is het niet meer iets om ervarend te gaan ontdekken? Blijkbaar zijn er twee uitersten die vermeden moeten worden. Kind zijn vraagt om een vrije, onbekommerde speelruimte, maar er zit ook iets onbarmhartigs in een cultuur die oneindige prestatiedruk aan het individu oplegt.

En verder

Nu het Expertisecentrum dit boekje heeft afgeleverd is het officiële onderzoekstraject afgerond. Dat geldt niet voor Tirza van Laar persoonlijk: zij is volop bezig met promotieonderzoek naar de rol van zonde, kwaad en gebrokenheid op school.

Het lijkt er wat dat betreft eerder op dat de sneeuwbal nu pas echt is gaan rollen, wat we eigenlijk ook hoopten. De verzoeken om over dit onderwerp te spreken en van gedachten te wisselen op scholen stromen binnen bij van Laar en Huttinga. Tirza van Laar werd geïnterviewd in het ND en was ook over het boekje op Groot Nieuws Radio Na ca. 1 uur en 15 minuten via de volgende linkte beluisteren. We hopen van harte dat de christelijke traditie van spreken over het kwaad, in de wereld en in onszelf, op een eerlijke, gevoelige en kwetsbare manier deel mag blijven uitmaken van het verhaal dat scholen leven. Zoals Tirza van Laar vaak opmerkt: het onderwerp is misschien niet populair, maar leidt altijd tot goede gesprekken die over de kern gaan.

Artikel delen

Meer artikelen

Als het spannend wordt...

Hoe om te gaan met pesten, gender issues, diversiteit, rouw? Laat je inspireren door Hans Bakker en Ronald de Graaf.

Leraren kunnen bloeien

Wat heb je nodig om een goede christelijke leraar te zijn en blijven? Hoe kom jíj tot bloei? Laat je inspireren door Bert Roebben & Bram de Muynck.